xanthofyl (o.) [gevormd van Grieks xanthos (grijsbruin, blond) + phullon], 1 bladgeel [vergelijk chlorofyl].
xenofiel (bn.) [gevormd van Grieks xenos (vreemdeling) + philos (vriend van)], 1 vreemdminnend.
xenofilie (v.) [gevormd van Grieks xenos (vreemdeling) + philos (vriend van)], 1 vreemdmin.
xenofobie (v.) [gevormd van Grieks xenos (vreemdeling, vreemd) + phobos (vlucht, vrees)], 1 vreemdvrees.
xenofobisch (bn.), 1 vreemdvrezend.
xenofoob (m.; xenofoben), 1 vreemdelingenhater, vreemdhater, vreemdvrezer.
xenon (o.), zie het onderwerpblad scheikunde.
xylofoon (m.; xylofonen) [gevormd van Grieks xulon (hout) + phoonè (geluid, stem)], 1 houtgalmbord.
xylose (v.) [gevormd van Grieks xulon (hout) + het tweede lid van glucose], 1 houtsuiker.